Programma Zuid-Hollands Groen Jaarverslag 2017

Financiële verantwoording

Plattelands OntwikkelingsProgramma – 3 (POP-3)

Het Plattelandsontwikkelingsprogramma 2014-2020 Zuid-Holland (POP3) is een financieringsinstrument om Europese middelen in te zetten bij de realisatie van provinciaal beleid. In de begroting is dit terug te vinden in begrotingsdoelen1.2, 1.4 en 1.5. Omdat begrotingsdoel 1.2 de goede kwaliteit en kwantiteit van grond- en oppervlaktewater betreft valt deze buiten de reikwijdte van deze VGR.

De Uitvoeringsregeling POP-3 Zuid-Holland (van 14 april 2015) bestaat uit dertien onderdelen voor de realisatie van het niet-grondgebonden deel van het POP3. Elk onderdeel heeft een budget dat interprovinciaal geprogrammeerd is aan de hand van een meerjarige planning van subsidieopenstellingen. Dat betekent voor alle provincies:

  1. jaarlijkse begrotingsvoorstellen met budgetplafond(s)
  2. een jaarlijkse afspraak met het EU-betaalorgaan RVO over de inzet voor behandeling van subsidieaanvragen
  3. openstellingsbesluit(en)

Een POP3-subsidie aanvragen en verlenen kan alleen op basis van een openstellingsbesluit. In verband met de termijn van het POP3 kunnen in 2020 voor het laatst deze subsidies worden verleend. Omdat de uitvoeringsduur van projecten maximaal drie jaar is, loopt de projectuitvoering maximaal tot het einde van 2023.

De realisatie van een openstellingsbesluit is niet gelijk volledig zichtbaar. Na sluiting van de openstellingstermijn bedraagt de behandeltermijn van de aanvragen maximaal 22 weken. Op grond van Europese regelgeving vindt er bij de subsidieverlening nog geen uitbetaling van de verleende subsidie plaats. Uitbetaling van de subsidie vindt gedurende vier jaar na de subsidieverlening plaats op basis van werkelijk gemaakte en betaalde kosten.
Bij de verlening van de subsidie wordt op basis van de uitgaveplanning van de subsidieontvanger de realisatie per jaar opgenomen. Een subsidie die in 2017 is verleend leidt hierdoor in de jaren 2017, 2018, 2019 en 2020 tot realisatie.

De POP3-budgetten waren voorheen in de begroting opgenomen op basis van de openstellingsbesluiten. Dit is geactualiseerd met ingang van de Begroting 2018: niet de openstelling is nu bepalend voor de financiële verantwoording maar de te leveren prestatie. Dit betekent dat de POP3-lasten over meerdere jaren gespreid worden waardoor er een afvlakking van het volume te zien is.

Binnen de volgende beleidskaders worden POP3 middelen ingezet:

  • de Beleidsvisie Groen, vastgesteld door PS op 10 oktober 2012
  • het Ambitiedocument ‘Samen voor een flinke sprong: InnovatieAgenda Duurzame Landbouw’, vastgesteld door PS per 29 juli 2016.

Naast de beleidsmatige kaders is in het Ambitiedocument “Samen voor een flinke sprong: InnovatieAgenda Duurzame Landbouw” ook opgenomen dat er tot 2020 een bedrag van € 7,04 mln aan Europese middelen en een bedrag van € 7,04 mln aan provinciale cofinanciering beschikbaar is voor de POP3-maatregelen. Het gaat dan specifiek om de maatregelen gericht op kennisoverdracht, fysieke investeringen voor innovaties, samenwerken voor innovaties en samenwerken binnen het Europees Partnerschap voor innovatie.

POP3 wordt uitgevoerd binnen het financiële kader van de begroting en de daarin opgenomen subsidieplafonds. In programma 1 van de begroting is de provinciale cofinanciering opgenomen.

Onderstaand overzicht geeft weer op welke wijze de POP3-middelen in 2017 zijn gerealiseerd. Het gaat hier om de Europese middelen, de middelen die ten laste van de provincie komen en de middelen van de waterschappen.

Pop3 uitvoeringsprogramma naar begrotingsdoel:

Provinciaal doel

2017

Cumulatief 2016 tm 2023

(bedragen x € 1.000)

Budget

Realisatie

Ruimte

Budget

Realisatie

Ruimte

DOEL 1-2 Goede kwaliteit en kwantiteit grond- en oppervlaktewater

1.385

1.561

-176

13.758

1.561

12.197

DOEL 1-4 Natuur en biodiversiteit

0

0

0

8.439

0

8.439

DOEL 1-5 Duurzame landbouw

2.228

2.032

195

25.611

2.245

23.366

Totaal

3.613

3.593

19

47.809

3.806

44.003

Pop3 uitvoeringsprogramma naar financieringsbron:

Financieringsbron

2017

Cumulatief 2016 tm 2023

(bedragen x € 1.000)

Budget

Realisatie

Ruimte

Budget

Realisatie

Ruimte

Bijdragen van derden algemeen

0

403

-403

853

403

450

EU bijdragen algemeen

2.297

1.621

676

27.491

1.621

25.870

Groene ambities

0

0

0

12.684

0

12.684

Provinciale middelen

0

10

-10

0

10

-10

UPG 40 Hoofdlijnenakkoord

1.315

1.559

-244

6.780

1.772

5.009

Totaal

3.613

3.593

19

47.809

3.806

44.003

De POP3-financiering vanuit de EU dient ter dekking van twee provinciale regelingen: de POP-regeling en de Subsidieregeling Natuur- en Landschapsbeheer (SNL). Anders dan bij de POP-regeling worden de subsidies op grond van de SNL in één keer voor een periode van zes jaren verleend.
 Voor de uitvoering van beide regelingen dient de provincie een bijdrage te leveren als cofinancier. De provinciale cofinanciering t.b.v. SNL vindt plaats uit de Decentralisatie-uitkering Natuur die via het provinciefonds loopt.

Toelichting
Voor een aantal onderdelen in de Uitvoeringsregeling POP3 is in het kader van de Begroting 2016 bovendien nog uitgegaan van een gegeven EU-budget waarvoor 50% cofinanciering nodig was. Uit de eerste Budgetbrief (maart 2016) blijkt echter dat voor enkele onderdelen met betrekking tot Water naast het EU-budget geen cofinanciering nodig is. Het vergoedingspercentage is in dat geval dus 100%. Bij de Najaarsnota 2017 wordt dit gecorrigeerd voor de Begroting van 2017 en volgende jaren.

Op 2 maart 2015 is de Uitvoeringsregeling POP3 voor het eerst toegepast voor een openstelling voor het indienen van Lokale ontwikkelingsstrategieën in het kader van LEADER. Vanaf 16 februari 2016 tot peildatum
4 juli 2017 namen GS vijftien openstellingsbesluiten.
Hiervan zijn er 52 aanvragen gehonoreerd, 4 aanvragen waren om formele redenen niet in behandeling genomen, 52 aanvragen zijn op inhoudelijke redenen afgewezen en 13 aanvragen waren nog in behandeling.

Evaluatie
De uitvoering van het POP3 wordt landelijk, door provincies en ministerie, gemonitord en geëvalueerd. De wijze van evaluatie is in Europese verordeningen voorgeschreven. De evaluatie vindt gedurende de POP3 periode tweemaal plaats, in 2019 over de jaren 2014 tot en met 2018 en aan het eind van de POP3 periode in 2023.
Daarnaast wordt jaarlijks door het Regiebureau POP een jaarverslag over de uitvoering van het POP3 opgesteld. De  jaarverslagen geven inzicht in mate waarin de vastgestelde doelen van het programma worden verwezenlijkt. Met het evaluatiesysteem wordt naast de voortgang ook beoordeeld in hoeverre het plattelandsontwikkelingsbeleid effect sorteert en doeltreffend is.

Productindeling

Per relevant begrotingsdoel van de provincie zijn de volgende POP3-regelingen, op basis van een landelijke modelsubsidieregeling, ingericht.

Doel 1.4 Natuur en biodiversiteit
In de taak Biodiversiteit: Innovatie en Organisatie worden deze POP3-regelingen begroot en verantwoord. Een nadere toelichting op deze taak is te vinden in hoofdstuk 5.3 van dit PZG.

  1. Niet-productieve investeringen voor herstel- en inrichtingsmaatregelen voor natuur, landschap en biodiversiteit: tot einde 2020 wordt nog 1 openstelling verwacht
  2. De niet-productieve investeringen voor hydrologische maatregelen (investeringen) PAS: tot einde 2020 worden geen openstellingen verwacht.

Doel 1.5 Duurzame landbouw
Deze POP3-regelingen worden begroot en verantwoord bij de taken 1.5.1 Opstarten programma’s gericht op kennis, ontwikkeling en innovatie landbouw en 1.5.2 Participeren in innoverende samenwerkingsverbanden. Een nadere toelichting op deze taken is te vinden in de hoofdstukken 6.1 en 6.2 van dit PZG:

  1. Opstarten programma’s gericht op kennis, ontwikkeling en innovatie landbouw- POP-3 jonge boeren (1.5.1):

Tot einde 2020 worden nog drie openstellingen verwacht.

  1. Opstarten programma’s gericht op kennis, ontwikkeling en innovatie landbouw- POP-3 LEADER (1.5.2):

Tot einde 2020 worden nog zes openstellingen verwacht.

  1. Samenwerking duurzame innovaties landbouw (1.5.2):

Tot einde 2020 wordt nog 1 openstelling verwacht.

  1. Kennisoverdracht duurzame innovaties landbouw 1 (1.5.1):

Tot einde 2020 wordt nog 1 openstelling verwacht.

  1. Fysieke investeringen duurzame innovaties landbouw (1.5.1):

Tot einde 2020 worden geen openstellingen meer verwacht. Deze maatregel blijkt onvoldoende bij te dragen aan de realisatie van de doelen uit het Ambitiedocument InnovatieAgenda Duurzame landbouw.

Verantwoording